Ik ben, definitief, door de bocht. Ik doe het niet meer, onder geen beding.
In restaurants weiger ik alle vormen van ‘Spa Rood of -Blauw’. Zelfs al komt dat geregeld tot een regelrechte ‘watertwist’. Dat bleek nog maar eens tijdens een recente fietstocht.
Thuis ben ik al vele jaren door die bocht. De wereld kan de waanzin van al die ontelbare kilo’s aan H2O in flessen niet meer aan. En dat terwijl water gewoon uit de kraan komt. Drinkbaar water. Goed, mocht mijn fietsstandaard ooit neerkomen in het stof van Burkina Faso, dan wil ik nog wel flessenwater accepteren, maar anders niet.
Tijdens onze fietstocht was water een soort rode draad. We hadden er voortdurend te weinig van. Daarbij bleek het water geven aan smachtende reizigers een bijna universele plicht. Zelfs strenge deurwachters bij een Duits ziekenhuis lieten mij door op weg naar een kraan, terwijl ik in plaats van met codes en pasjes zwaaide met lege bidons.
Al fietsend langs vredige stroompjes zagen we ook nog de stille getuigen van juist een teveel aan water. Een caravan, gevouwen rond een boom, een verdwenen brug.
Ook die recente overstromingen zijn wellicht deels het gevolg van veranderingen waarbij wij mensen een rol spelen. Daarin is het perverse gesleep met water in flessen één van de schakels. Een kwartje dat juist, gek genoeg, nog helemaal niet gevallen bleek in de gebieden waar de overstromingen hadden geheerst. Integendeel. Bij de vraag naar simpel leidingwater keken de obers me zonder uitzondering aan alsof ik daarmee op hun schoenen had gepoept. Gevolgd door een opvallend kortaffe weigering. Nein. Non. Alleen gebotteld water konden we krijgen. Daarop volgde steevast wat de meeste gasten willen vermijden: een scène. Daarom gaan de meesten, en tot voor kort ikzelf, dan toch maar akkoord met dat spaatje rood of blauw.
Ik niet langer. Ik begin scènes. Doorgaans wordt die beslecht door een aanbod waarbij de oberogen zo groot worden als schoteltjes: ik ben bereid te betalen alsof het flessenwater was, als het maar uit de kraan komt. Dan wil het kwartje doorgaans toch vallen, omdat ze vreesden dat dat ‘kwartje’ anders aan ze voorbij zou gaan. Lees: euro’s. Met het flessen van de klant wordt geld verdiend als water. Dat is op zich niet erg. Als je de restaurateur geen marge wilt gunnen, dan moet je thuis gaan eten.
Bovendien mag leidingwater op zich al iets kosten, moet het iets kosten. Sterker, het is veel te goedkoop. Het zou ook voor huishoudens, boven een bepaald basisrantsoen, veel duurder moeten zijn.
In eigen land lijkt het pleit inmiddels beslecht. Er zijn zelfs restaurants die door henzelf gebotteld leidingwater klaar hebben staan, tegen een zekere prijs. Prima.
Echt schokkend werd de watertwist in Luxemburg. We logeerden in een hotel pal naast een stroompje dat kort geleden heel wild geworden was. De schrik zat er nog goed in bij de eigenaar, die ons de markering wees tot waar het water gekomen was. Vlak naast een beeld dat herinnerde aan het Ardennenoffensief.
Maar kennelijk is er in Luxemburg een nieuw offensief nodig. In het restaurant van het hotel kwam hij er weer, de scène. Dit keer inclusief verrassing. De Franse ober beweerde dat de Luxemburgers in een referendum de mogelijkheid van ‘een karaf leidingwater’ in restaurants expliciet hadden afgewezen. ‘Maar in Frankrijk zijn restaurants juist verplicht leidingwater te schenken. Gratis bovendien’.
Aha, Vive la France! Hoewel, gratis hoeft niet, moet niet.
Achteraf blijkt dat er inderdaad bij heel wat Luxemburgers het idee bestaat dat flessenwater in restaurants verplicht is, in weerwil van de werkelijkheid. De werkelijkheid is wel dat veel Luxemburgers gebotteld water prefereren uit angst voor water uit de kraan, hoewel de kwaliteit daarvan ook in Luxemburg uitstekend is. En inderdaad hebben eerdere petities, om de mogelijkheid leidingwater te kunnen bestellen tot een verplichting te maken, het niet gehaald. Maar daar lijkt nu verandering in te komen. Er gloort hoop. Inmiddels hebben parlementariërs zich met de zaak bemoeid en is er kans op een doorbraak.
Zover is het nog niet, zeker niet in Troisvierges, Drie maagden. In dat plaatsje krijg ik zelfs twee keer nee. Ook daar krijg ik mijn karafje pas na een pittige watertwist.
Ik vraag de ober of hij begrijpt waarom ik geen gebotteld water wil. Het antwoord is nee, en hij wil het ook niet weten. Toch doet hij een gooi: ‘Omdat u water bij de wijn wilt doen?’
Soms wel, maar inzake water niet meer.
TERZIJDE
Om de lëtzebuerger angsthazen gerust te stellen wordt er in Luxemburg gedacht aan het voorzien van iedere karaf van een logo en, om alsnog bij de tijd te lijken, een QR-code.
Eerder op deze site: de blogpost Water! Over water als medicijn.
Dit soort watertwisten zijn hopelijk binnen niet al te lange tijd voorbij. Maar er gloren nieuwe: volgens een recent VN-rapport is volgens de huidige trend de vraag naar drinkwater in 2030 40% groter dan wat er tegen die tijd beschikbaar is.
‘Dirty secret‘: de productie van een spijkerbroek, Neerlands favoriete kledingstuk, kost in de regel tussen de zeven- en achtduizend liter water.