I Gufini – De Uiltjes
Deel 2
Al eerder hadden we ze, uiltjes. Nu dus weer. Ransuiltjes.
Ze piepen als gekken. Hoeveel zijn het er wel niet? Het blijken er vier.
We kennen een restaurateur in ruste, die wanneer de gasten te lawaaiig werden steevast zei: ‘Er moet eten in’.
Goed gesproken. Probleem: de rust duurt maar zolang als de muis. Daarna beginnen ze weer, die gesnavelde scharnieren: ‘Pie-iep! Pie-iep!! Pie-iep!!!‘ Om ook als ouders een punthoofd van te krijgen. Sterker, ze hebben ze al. Twee zelfs, per hoofd. Het lijken wel puntoren, maar dat zijn het niet. Het zijn pluimen. Dit jaar zien we ze zelfs in aanbouw. Van heel dichtbij. Eén van de maxi-baby’s heeft zich zowaar in de vijgenboom geposteerd, vlakbij ons slaapkamerraam. Voor slapen een ramp, voor kijken een feest.
Hoe zullen we ‘m noemen, die kleine rans-? ‘Frans’ natuurlijk. Hij zit klaar voor de foto. Sterker, voor een hele serie. Maar hoewel die opnamen vlak na elkaar zijn gemaakt, lijkt het wel alsof je ‘m ziet veranderen. Van ‘Och, Fransje!’ tot nachtmerrie in de maak. Van andere beestjes die piepen.