1. Een eigen site

Een eigen site? Who, me?

Website

Ik denk dat het al ruim tien jaar geleden was dat een Italiaanse wijnproducent me zei: ‘Ik heb wat voor op je website’.
Maar ik had er geen. Ik vond een site iets voor instanties, iets voor bedrijven en voor mensen die belangrijk zijn of zich zo voelen. En voor Italianen, naturalmente. Die bij willen blijven, bij het nieuwste, voor de bella figura. Ik niet. En als ik iets te publiceren had, dan deed ik dat gewoon in de krant. Zo’n ding dat ritselt. Geen e-ding.
Maar tijden veranderen. Ik ga overstag. Ik begin een site. Niet dat ik het papier helemaal vaarwel wil zeggen. Er gaat nog steeds niets boven het duo krant & koffie. Maar toch.
Een belangrijke reden is dat in kranten en tijdschriften alles steeds korter moet. Nu heb ik niets tegen kort. Sterker, ik stel me zo voor dat sommige van mijn ©logs uit niet meer dan één woord zullen bestaan. Mooi dik is niet lelijk en goed kort is goed. Maar sommige onderwerpen vragen om lang.
Verreweg het meeste dat ik ooit geschreven heb is ‘goed terechtgekomen’, in een krant, in een tijdschrift of in een boek. Niet alles. Soms valt er iets uit de boot. Het is te lang of te dit of te dat. Waaronder het dodelijke vonnis: ‘Niet Actueel’. En in een tijd waarin alles steeds korter moet en alles steeds korter actueel is, kan het niet anders dat er steeds meer uit de boot gaat vallen. Dat zou jammer zijn. Niet alleen voor mij, maar ook voor die stukken zelf, vooral als het onderwerp daarvan mensen zijn. Mensen die voetlicht verdienen.
Vandaar dus deze site, die maar één gebod kent: het gebodene moet het bezoeken van die site waard zijn.
Dus vooruit, laten we maar meteen, tegelijk met de openingsfanfare van Cacciucco, zo’n stuk in het diepe gooien. Een verhaal dat in het reguliere circuit geen schijn van kans meer heeft: lengte XL, een afwijkende vorm, en ‘niet actueel’. Tegelijk. Erger kan niet.
En er is meer. Op de homepage wens ik de bezoeker veel plezier. Dat kan waar zijn voor de site als geheel, maar niet voor het lezen van het verhaal van Gerry. Daarbij knijpt alles zich samen. Je maag, je hart, je luchtpijp.
Mijn eigen motto is ‘Zijn waar je bent’. Daar komt het meeste van wat ik schrijf uit voort, ook het verhaal van Gerry. Maar Gerry zelf had er alles voor gegeven om niet te zijn geweest waar hij was. Toen, die ene dag.

 

krabbel