567. Sicilië / 1

Schiphol,

Hij zwart, zij wit, de kinderen café-au-lait. Wat een leuke familie, daar bij de bagagecontrole! Ze zijn op weg naar Thailand. Om de kinderen te laten zien waar zwart en wit elkaar ontmoetten, nu bijna een kwart eeuw geleden.

Sindsdien woont hij in Amstelveen, de man uit Los Angeles. Dreadlocks en baseball cap inclusief.

‘Zeg nu zelf’, werp ik op, ‘wat is LA nou vergeleken met Amstelveen?’

Hij grijnst en zorgt voor reuring. Vlak voor het detectiepoortje breekt zijn halsketting en de kralen stuiteren alle kanten op. Rapen verbroedert.

De man naast me, in het vliegtuig, is wit. En snip, verkouden. Buiten is het zomers. Gek? Misschien toch niet.

De man naast me blijkt een reparateur. Van airconditioning. Van koud naar warm en terug. Niet zo extreem als wat mijn visboer alsmaar heeft te doorstaan, maar toch. En ‘kou vatten’ mag dan volgens wetenschappers niet bestaan, maar wij, gewone mensen, geloven van wel.

De aircoman komt uit Ragusa, in het zuidoosten van Sicilië. Hij reist half Europa door om airco’s weer tot leven te wekken, dus moet hij wel goed zijn in zijn vak. Airco’s gaan kennelijk vaak kapot. Dat gebeurt onder meer, zo weet de expert, omdat mensen ze niet goed gebruiken.

‘Als het buiten 35 graden is, moet je binnen geen 18 willen’. En zeker niet meteen. Dat is slecht voor mens én machine.

In zijn eigen land, wisten wij, bestaat er van oudsher ‘aircoangst’. Of beter: bestond. Veel Italianen die menen dat een groot verschil tussen binnen en buiten slecht is voor de gezondheid, zijn steeds vaker gedwongen toch aan koeling te doen, simpelweg omdat het steeds warmer wordt.

In Nederland zijn wij minder geneigd om, als het buiten 35 graden is, binnen genoegen te nemen met 30. En er zijn meer verschillen tussen onze landen, zegt de monteur. In Nederland mogen de buitenunits niet zomaar aan de buitengevel hangen, uit esthetische overwegingen, terwijl ze in het land waar la bella figura toch zo belangrijk is overal zichtbaar zijn.

Catania, detail.

Bovendien halen de kikkerlandse airco’s die hij repareert verse lucht van buiten, terwijl die in Italië meestal alleen de lucht koelen die er binnen aanwezig is. Daarbij moet je voor verse lucht dus het raam openzetten…

Zo leren we nog eens wat. En hoe is het verder, werken bij ons? Eerst is de monteur ontwijkend. ‘Ik spreek nooit iemand’, zegt hij. Althans, geen Nederlanders. Wellicht spreekt hij geen woord over de grens.

En dan, toch, komt hij met een ontboezeming. In ons land voelt hij ostilità, tegen hem als Italiaan. Vijandigheid. Dat is nogal wat.

‘Als ze horen dat ik uit Italië kom, zeggen ze: ‘Bunga bunga, Berlusconi, maffia”. Een wat beperkte omschrijving, die hem ontlokt: ‘Dat is kennelijk de reputatie die wij, Italianen, hebben weten te verwerven’.

Intussen verschijnt onder ons, in een al even beperkte omschrijving, ‘Het Eiland van de Mafia’. Uitgedroogd. Kurk-. Sterker, we zien ook branden.

Niet zelden, zegt de aircoman, zijn ze aangestoken door de brandweer zelf. Brand = werk = geld.

Sicilië = ingewikkeld. Waaronder: mooi.

De vliegtuigdeur zwaait open en de Siciliaanse buitenlucht neemt ons direct in een wurgende greep. Was dit het waarom we onze monteur moesten ontmoeten, als voorteken? Het is acht uur ’s avonds, maar mijn eerste gedachte is: ‘Airco!’

We hebben voor de verandering een taxi besteld. De chauffeur is de zestig gepasseerd en staat voor een groot moment: hij gaat trouwen. Zijn huwelijksreis heeft hij al geboekt. Ruim viereneenhalfduizend euro gaat het onvergetelijke hem kosten. En waar gaat de reis naartoe? Naar Dubai. Probleem: inmiddels heeft de aanstaande bruidegom iets ontdekt. In Dubai is niks. Geen cultuur, zero.

We weten raad: gewoon afzeggen. Niet doen. Hij gaat erover denken en zet ons af in een onduidelijk straatje, midden in Catania.

Ons al even onduidelijke appartement blijkt er gevestigd op de bovenste verdieping, steeds smallere trappen op. Onze gastvrouw zit er op ons te wachten, pal voor een ventilator. Haar huid glanst, de mijne is een zilte waterval. Het is er om te stikken. Ze zegt: ‘Ik heb de airco nog niet aangedaan, want sommigen willen dat niet…’

Wat komen we eigenlijk doen, hier in Sicilië? Iets heel speciaals. Amper een uur gaat het duren, maar nu we er toch zijn maken we er een weekje van. Voor de pret.

Maar wat ís het warm…

TERZIJDE

Kan geen verplichting vinden dat airconditioners in Nederland gebruik móeten maken van buitenlucht.