In mijn eerste wedstrijd gaf ik mijn eerste voorzet. De bal was in die tijd nog een bruinleren loeris. Zó zwaar was-ie dat ik alleen al door die voorzet omviel. Het resultaat van mijn pass kon ik daardoor niet zien, maar wel horen. Er klonk gejuich. Ik had gescoord. Voetbal is magisch.
Maar ook als liefhebber ben ik niet helemaal normaal, lijkt het wel. Doelpunten interesseren me alleen als ze mooi zijn. Anders veer ik eerder op bij een fraaie ‘aanname’ of een knappe terugspeelbal. En worden derden gestoord door het tv-geluid? Ik zet het zonder morren uit en kijk in stilte verder.
Een héél knappe bal, uit losse stukjes, door steenhouwer Angelo Milani.
En dan hebben we nu het WK. ‘Het’ WK, dat kan maar over één sport gaan. Bij andere sporten moet je die sport erbij vermelden. Bij voetbal niet.
Zelf doen wij Nederlanders geheel verdiend niet mee. Italië ook niet. Voor wie moet ik dan zijn? Ik kies België. Naast IJsland natuurlijk, bij wijze van underpony.
En wie is mijn favoriete speler? Tja, ik kan spel en uitstraling nu eenmaal niet scheiden. Ronaldo heeft de allerdomste uitstraling en Messi de allerminste. Daar kan geen tattoo nog iets aan doen.
Nee, ik kies voor iemand die geweldig kan aannemen en terugspelen, ook nog scoort en ronduit prettig uitstraalt.
Voetbalgewicht Anno Nu
6-12 jaar: max. 320 gram
Volwassenen: max. 450 gram
TERZIJDE
Over de Milani’s, zie Cacciucco, het boek, p.241 e.v.
Ik vroeg het een Braziliaan, die in de AH op zijn smartphone naar het WK stond te kijken: de juiste uitspraak van Marcelo.
Niks geen ‘Martsjelloe’. Gewoon ‘Marsello’.