141. Lichaamstaal

Dat wat mensen uitdrukken met hun lichaam verraadt vaak veel. Daarvoor hoeven ze niet eens te bewegen.

Zweten spreekt ook al. Of kippenvel.

lichaamstaal.M

Meestal is de lichaamstaal onbewust, maar omdat mensen listige wezens zijn laten sommigen zich onderrichten over hoe ze het gewenste effect kunnen bereiken bij hun publiek. Zo maakt, vooral voor de camera, bijvoorbeeld neuspeuteren een fatale indruk. Dat geldt voor iedereen, maar voor politici nog eens extra. Zij zijn waarschijnlijk de beste klanten van experts die menen te weten hoe het moet.
Uiteraard rendeert al die training het beste als je als toeschouwer niet doorhebt dat het gedrag van de ander het gevolg is van een cursus. Het één na beste is het voordeel van de twijfel.
Zo heeft Hillary Clinton, de Amerikaanse would-be Mrs.President, de gewoonte bij verkiezingsbijeenkomsten te wijzen naar mensen in het publiek. Steevast vergezeld van een lach en vaak gevolgd door een opgestoken duim. Je denkt: ‘(Her)kent ze daar echt iemand, of is het een loos gebaar?’ Je weet het niet, maar al of niet getraind lijkt het lichaamstaal met voorbedachte rade. ‘Daarmee druk ik uit: ik heb/maak contact met jullie, met De Kiezer’.

Taal.L
Rijksmuseum, Amsterdam


Wat dat contact betreft is er in Italië iets dat mij vaak opvalt wanneer politici worden ondervraagd voor de camera. De journalist stelt een vraag en houdt vervolgens de politicus een microfoon onder de neus. De politicus, echter, keurt de vraagsteller geen blik waardig. Hij kijkt bij zijn antwoord maar naar één ding, de camera. Alsof hij daarbij denkt (denk ik dan): ‘Jij, tv-luis, jij interesseert mij niets. Het gaat mij om al die luizen thuis, die op mij moeten stemmen’.
Op mij maakt dat altijd een uitgesproken slechte indruk en ik ga er dan instant van uit dat die persoon niet te vertrouwen is. Niet zelden zal dat waar zijn, maar is mijn reactie op dat soort lichaamstaal wel redelijk?
Je kan ook zeggen: ‘Degene die de vraag stelt doet dat ten dienste van de kijkers, dus dan mag zo’n politicus zich bij zijn antwoord toch best direct tot hen richten?’
Klinkt oké, maar mij bevalt het niet. En door dat soort lichaamstaal gaat, in tegenstelling tot wat de bedoeling was, de daarbij gesproken taal geheel langs mij heen.

krabbel