67. Amster-

Onze hoofdstad heeft zijn naam te danken aan die dam in de Amstel. Dat blijft zo.

Maar, laten we het gewoon toegeven, de Dam van Amsterdam is 3x niks. Vooruit, De Bijenkorf mag er zijn en de Nieuwe Kerk, in het hoekje, maar eigenlijk is de Dam het best geschikt voor demonstraties na zonsondergang.

Voor een groot deel is het plein voorzien van martelbestrating. Daarmee zou nog te leven zijn, heel goed zelfs, als het authentiek was. Maar nee, het is nieuw en daarmee niet meer dan een edelkitsch bron van hakletsel bij desperate dames.

Aan de ene kant van het plein staat Het Nationaal Gedrocht, bedoeld als monument, en aan de andere een groot gebouw. Een hartverkillend joekel. Van buiten. Veel Amsterdammers zijn er waarschijnlijk ook daardoor nooit binnen geweest. Maar achter de façade mag het Paleis op de Dam er wel degelijk zijn. Nou ja, écht mooi is anders, maar toch. Bezoek het één keer en je kijkt voor altijd anders naar de buitenkant.
Binnen ademt het namelijk een verrassend soort grandeur. Te beginnen met een heel ander soort plaveisel dan buiten. In de vloer van de grote zaal zijn landkaarten uitgebeeld. Daarin trekt al direct een enorme landmassa de aandacht met de naam ‘Nova Hollandia’. Breeduit geschreven. Het is een verbeelding van Australië uit de tijd van vóór Google Maps. Er vlak boven een eilandje. Te klein om de naam er voluit in te krijgen. Zelfs ‘N.Brittania’ past er maar met moeite in. Om de Britten hun plaats te wijzen, zou je denken.

 

landkaart.L

En of het nu humor of hoogmoed is, ook Amsterdam stelt zich niet bescheiden op. Hoog aan de muur prijken gouden schilden met daarop de letters ‘SPQA‘. De Mokumse variant van SPQR, Senatus Populusque Romanus, ‘Senaat en Volk van Rome’.

Op het voor publiek toegankelijke niveau zijn meerdere riante slaapkamers te zien. Ze zijn nog steeds in gebruik, af en toe. Hoog bezoek mag er plechtig op één oor gaan en wij mogen zien waar. Althans, voor zover een perspex hekje er ons binnen laat. Onze eigen koninklijke familie slaapt een verdieping hoger. Buiten bereik van de Museumkaart.

Wél te zien, althans nu, is een projectie op de muur van Rembrandts kolossale ‘Samenzwering van de Bataven onder Claudius Civilis’. Binnen de maten die het ooit had: vijfenhalve bij vijfenhalve meter.

 

Bataven.L
Projectie-Bataven

 


Het was bedoeld voor dit Amsterdamse stadhuis, maar de opdrachtgevers vonden het niet netjes genoeg. Hun stadhuis, nu Paleis, is namelijk vooral dat: netjes. Rembrandts werk is dat zeker niet. Het is even ruig als de Bataven op het doek. Zoals Simon Schama op een aanpalende videodisplay het zegt, was beschaafd zijn voor de Bataven geen prioriteit. Vrij zijn wel.
Zonder de plek waar het had moeten hangen zag Rembrandt er geen brood meer in en sneed het grootste deel eraf. Wat overbleef hangt nu in Stockholm. Eigen schuld. Hadden we maar…

*

Koninklijk Paleis Amsterdam